Pansy is een boze vrouw. Boos op haar man, op haar rondlummelende zoon, op haar tandarts, op een kassière en een verkoper. Boos op de hele wereld. Maar waarom? En waarom stopt het niet? Pansy weet het zelf ook niet. Haar luidruchtige tirades zijn voor de kijker even humoristisch als hartverscheurend. Het geweldige spel van actrice Marianne Jean-Baptiste is fascinerend om te zien.
De gelauwerde regisseur Mike Leigh (Naked, Secrets & Lies, Mr. Turner), die zijn scripts in nauwe samenspraak met zijn acteurs ontwikkelt, levert opnieuw een indrukwekkende sociaal-realistische film af.
Pansy woont met haar man en volwassen zoon in een meer dan opgeruimd huis in een Londense buitenwijk. Ze begint haar dag al happend naar adem als ze wakker schrikt uit een benauwende droom en haalt vervolgens uit naar iedereen die in beeld komt, haar ergert of dwars zit. Zelfs een vogel in de tuin is teveel. Het is voor iedereen teveel. Alleen zus Chantelle probeert er nog iets van te maken, niet omdat ze Pansy begrijpt maar van haar houdt. Chantelle is het tegenovergestelde van Pansy: vrolijk, optimistisch en ze heeft als alleenstaande moeder een warme band met haar volwassen dochters.
Deze sobere en meelevende film over diepe depressiviteit is één van de weinige grootse films van 2024, oordeelde de Amerikaanse filmsite Roger Ebert. Jean-Baptiste levert ‘een Oscar-waardige acteerprestatie’, schreven Britse media eensgezind.