Muzikale, nostalgische biopic van James Mangold (Walk the Line, over Johnny Cash) belicht Bob Dylans eerste vier jaren als professioneel muzikant. Vanaf 1961 – Dylan (Timothée Chalamet) is dan pas 19 jaar oud – wordt hij dé stem van de Folk, van een generatie ook. Maar al op het beroemde Newport Folk Festival van 1965 breekt hij, in een daad van muzikale rebellie, spectaculair met zijn fans en die veel te ‘brave’ muziekscene. Het zou niet de enige wending in zijn carrière zijn, maar zeker de grootste.
Voor het zover is komt Dylan als jonge singer-songwriter aan in het smoezelige Greenwich Village (New York) van de jaren 60. Een politiek onrustige tijd, waarin de VS verwikkeld waren in de Vietnam-oorlog, de Cuba-crisis en de moord op president Kennedy. Zijn talent en persoon valt al snel op. Daar ontmoet hij ook de al beroemde zangeres Joan Baez. Met haar klikt het niet alleen op het toneel goed. Bob groeit uit tot een ster met protestsongs als Blowin’ in the wind, maar moet weinig hebben van al die fans met hun dwingende verwachtingen. Het gevoel beperkt te worden, ligt de vrijheidslievende zanger duidelijk niet. In hem leeft teveel vernieuwingsdrang en dat wringt regelmatig met fans, mede-muzikanten en relaties, waaronder met Joan. Bob krijgen we gepresenteerd als wispelturig, eigengereid, opportunistisch en misschien wel vooral met zichzelf bezig – het levert grensverleggende muziek op maar zoals Joan op een ochtend naar hem uithaalt: “You’re kind of an asshole, Bob.” Geniaal èn onuitstaanbaar. Mangold mag het zo brengen, met goedkeuring van Dylan zelf.
Ook in deze biopic blijft Dylan een fascinerend raadsel, zoals de titel verklapt en Dylan het waarschijnlijk graag ziet. Deze ‘stem van een generatie’ houdt niet van hokjes. Mangold wekt de folkscene van begin jaren zestig liefdevol tot leven. Monica Barbaro, die Joan Baez speelt en ook alle songs zelf inzong, maakt indruk. En Timothée Chalamet schittert waarlijk als Dylan – na enkele minuten ben je vergeten dat je naar de acteur kijkt. Hij zingt verbluffend goed en authentiek alle nummers, terwijl hij zichzelf daarbij op gitaar (en mondharmonica) begeleidt. Een genot om naar te kijken.